Inleiding
Deze nota werd in juli 2011 door Bart Laeremans opgesteld ter attentie van het studiebureau Vectris, dat de opdracht kreeg om een ontwerp van Masterplan op te stellen voor Strombeek-Bever. Sommige passages kunnen inmiddels door de feiten achterhaald zijn.
1. Veel te lang getalmd
Er is al zeer lang nood aan een herwaardering en aan het uitschrijven van een ruimtelijke termijnvisie voor Strombeek. Zeker wat betreft de omgeving van het Cultuurcentrum (parkeerproblemen, huisvestingsproblemen bibliotheek, ateliers, muziekacademie, Centrum voor Volwassenenonderwijs, …) zijn de noden al meer dan 10 jaar gekend. Maar het schepencollege schoof de problemen steeds verder voor zich uit. Reeds in 2002 vroeg de Gecoro dat er voor de Treftwijk en Parking C een Masterplan zou worden uitgeschreven. Pas nu bestaat er een kans dat daaraan zal worden gewerkt in het kader van het Vlaams Strategisch Gebied rond Brussel.
Probleem is ook dat tot op heden niemand in het schepencollege de kar van de opwaardering van Strombeek heeft getrokken. Tot overmaat van ramp was en is de schepen van Ruimtelijke Ordening, nochtans zelf woonachtig in Strombeek nauwelijks geïnteresseerd. Wel was hij sterk geïnteresseerd in de omvorming van een deel van het voorziene parkgebied op het Potaardeveld naar bouwzone, omdat hij daarbij een persoonlijk belang had. De betrokken adviezen werden omwille van deze belangenvermenging op 22 juni 2011 geschorst door de gouverneur.
Het belang van het dossier van de omgeving van het CC lag jarenlang stof te vergaren tot het opnieuw op de agenda werd gezet door de gewezen urbanist van de gemeente (architect Van Campenhout) met de voorstelling van een erg geslaagd ontwerp tijdens een vergadering van de Gecoro in oktober 2009. Een ontwerp dat meteen op onze steun kon rekenen, maar dat niet gedragen was door het college. Nadat we de samenroeping van de bevoegde gemeenteraadscommissie hadden geëist, schoten de meerderheidspartijen plots wakker. Daaruit is dan het idee voor een Masterplan geboren.
Het belang van een ruimtelijke herwaardering van Strombeek kan nauwelijks overschat worden, ook al omdat via een ruimtelijk beleid tegelijk ook een sociaal en demografisch beleid kan worden gevoerd. Gezien de steeds grotere druk van Brussel op onze gemeente en met name op Strombeek-Bever zijn wij sterk vragende partij dat de Vlaamse overheid zich actief zou inlaten met dit dossier in het kader van het Vlaams Strategisch Gebied rond Brussel. De Vlaamse overheid zou niet alleen de totstandkoming van een Masterplan moeten bewerkstelligen, maar dient ook de uitwerking daarvan actief te begeleiden en te steunen. Het VSGB mag derhalve niet beperkt blijven tot de dossiers van de Potaarde en van Parking C maar moet betrekking hebben op heel Strombeek-Bever.
2. Kernprobleem van Strombeek: snelle verBrusseling
Het meest prangende probleem waarmee Strombeek-bever te kampen heeft, is de snelle verBrusseling van deze deelgemeente: de autochtone bevolking trekt er weg en wordt systematisch vervangen door (meestal) anderstalige inwijkelingen vanuit de hoofdstad. We kennen het fenomeen overigens in heel de gemeente en het wordt onweerlegbaar aangetoond door de cijfers van Kind en Gezin: in 2004 was nog 58% van de jonge moeders Nederlandstalig, in 2009 was dit reeds teruggelopen tot amper 45%. We beschikken niet over deelcijfers voor Strombeek-Bever, maar de cijfers zijn er uiteraard nog veel schrijnender. Met als gevolg dat de kleuterklassen van de twee Strombeekse scholen bevolkt worden door een grote meerderheid anderstalige kindjes.
Deze situatie heeft aanzienlijke gevolgen voor de integratie van anderstaligen in onze gemeente: wanneer de Nederlandstalige aanwezigheid verschrompelt, zal het steeds moeilijker worden om anderstaligen aan te zetten tot integratie, zelfs al hebben ze in het Nederlands school gelopen. Als we het Nederlandstalig karakter van Strombeek willen vrijwaren, moeten we bijgevolg meer Grimbergse gezinnen en jonge gezinnen van elders in Vlaanderen aanmoedigen om in Strombeek te komen wonen en er zich duurzaam te vestigen. Het beleid moet overigens hoogdringend gekeerd worden, want de druk vanuit Brussel dreigt nog verder toe te nemen, als gevolg van de opening van de nieuwe Europese school in Laken (4000 leerlingen!).
Dit vergt een doelgericht woonbeleid en een doordachte ruimtelijke ordening. Zo is een toename van hoogbouw in Strombeek allerminst gewenst, want daarmee worden hoofdzakelijk stedelijke inwijkelingen aangetrokken. De nadruk moet dus liggen op de bouw of renovatie van eengezinswoningen, het tegengaan van de verloedering en de realisatie van aantrekkelijke woonbuurten. Deze woningen moeten betaalbaar zijn en voorbehouden worden voor Nederlandstalige gezinnen en voor wie zich in onze samenleving daadwerkelijk geïntegreerd heeft. Het spreekt voor zich dat Vlabinvest hierbij moet betrokken worden, maar gezien het vele werk in Strombeek en het dringende karakter is er daarnaast nood aan een actieve gemeentelijke woonregie, die met Vlabinvest kan samenwerken.
Om jonge gezinnen aan te trekken, is er evenwel meer nodig dan woningen: de basisscholen moeten de middelen krijgen om een kwalitatief hoogstaand onderwijs aan te bieden, het centrum voor volwassenenonderwijs en de muziekacademie moeten over voldoende lokalen beschikken, de jeugdbewegingen moeten opnieuw ruimte krijgen, …
3. Woonprojecten
Het aantal ‘gestuurde’ woonprojecten in Strombeek lag tijdens de voorbije jaren uitzonderlijk laag. Er waren enkele kleine verkavelingen in doodlopende zijstraten van de Oude Mechelsestraat en er werd een villawijkje gecreëerd in de wijk Treft. De woonprojecten van Haviland werden evenwel een absolute catastrofe: het woonproject aan de Luitberg (de bouw van aanvankelijk 80 en nadien 64 appartementen in de vorm van zogeheten ‘urban villa’s’) wordt door buurtbewoners al 18 jaar lang succesvol tegengehouden en de appartementen aan de Kloosterstraat (een eerste toren van vier of vijf) raken niet verkocht.
(De vorige en de volgende paragraaf zijn achterhaald: inmiddels werd het gros van de appartementen eindelijk verkocht).
Als we goed ingelicht zijn, werd tot op heden voor amper 4 van de 13 appartementen een koper gevonden. Een zoveelste bewijs dat Nederlandstalige gezinnen (voor wie deze appartementen bedoeld zijn) nauwelijks geïnteresseerd zijn in appartementen. Ook de hoge prijs zal een rol gespeeld hebben. Haviland wordt in beide projecten gedreven door winstbejag en niet door sociale doeleinden.
De intercommunale kampt met een groot geldgebrek en heeft beslist de grond van 1 hectare aan de Luitberg van de hand te doen. Om een zo hoog mogelijke opbrengst te realiseren, heeft men voor de zoveelste keer een bouwvergunning aangevraagd in de hoop de grond nadien duur te kunnen verkopen aan een private maatschappij. De kans is heel groot dat de geplande appartementen (als ze er al mogen komen, alles wijst erop dat door de buurtbewoners een nieuwe procedure zal worden ingesteld) vooral beleggingsdoeleinden zullen dienen, gericht op Eurocraten. Op die manier zal het project dus allerminst bijdragen tot het bewaren van het Nederlandstalig karakter van Strombeek.
Wij pleiten er dan ook voor om het Luitbergproject, zeker wanneer de bouwvergunning niet definitief wordt maar opnieuw gecontesteerd wordt, om te vormen naar een woonproject voor kleine, residentiële eengezinswoningen. Wanneer men werkt met kavels van 2,5 tot 3 are kan men hier een dertigtal drie- en tweegevelwoningen realiseren. Dit project, gericht op een publiek van middenklassers, zou integraal kunnen uitgevoerd worden door Vlabinvest.
In de Kloosterstraat bepleiten wij de stopzetting van het woonproject van Haviland. Het is immers onze bedoeling om op deze locatie de nieuwe gemeenteschool te vestigen (zie verder). De overige gronden zouden met Haviland kunnen geruild worden. De intercommunale zou dan kunnen participeren in de woonprojecten langs de Grotewinkellaan.
Het voetbalterrein aan de Grotewinkellaan/Rodepoortstraat willen wij integraal voorbehouden voor een aantrekkelijke woonwijk voor jonge gezinnen. De grond behoort toe aan het OCMW, die er vreemd genoeg zijn nieuw OCMW-gebouw wil inplanten, gekoppeld aan woningen voor “doelgroepen”, waaronder serviceflats. Wij vinden dat een volkomen verkeerde keuze. Het nieuwe OCMW-gebouw hoort thuis in het centrum, waar het vandaag gesitueerd is. Wij staan ter zake helemaal achter het ontwerp van architectenbureau Van Campenhout, dat voorstelt om het nieuwe gebouw op te richten langs de Verbeytstraat, vlakbij het huidige gebouw (zie verder).
De bouwsite aan de Grotewinkellaan willen we zelfs nog sterk uitbreiden, met de gronden van de sporthal en de daar achter gelegen opslaghal van een handelszaak in sanitaire waren. Deze sporthal is zwaar onderkomen en zou sowieso gerenoveerd moeten worden. Wij zouden deze willen vervangen door een nieuw gebouw op de Kloosterweide dat tegelijk kan fungeren als polyvalente feestzaal voor beide scholen.
Het opslagbedrijf ligt zonevreemd en zou beter verhuizen naar een bedrijvenzone die we willen voorzien op Parking C van de Heizel. Naast woningen zou er (met name achter de twee hoge appartementsblokken) groen- en speelruimte voorzien kunnen worden ten behoeve van de nieuwe wijk en van de buurtbewoners.
Op de drie sites samen zou er o.i. plaats moeten zijn voor minstens 50 tot 60 betaalbare rijwoningen (type bel-etage). Een kwart daarvan zouden sociale woningen kunnen zijn. Ook voor dit project is het wenselijk dat wordt samengewerkt met Vlabinvest.
Haviland, Providentia, Vlabinvest en de op te richten gemeentelijke woonregie kunnen hier de handen in mekaar slaan. Op die manier willen we ervoor zorgen dat de woningen betaalbaar blijven en dat in ruil gewerkt wordt met bedingen van wederinkoop.
Een derde bouwproject kan gerealiseerd worden op het Potaardeveld, waar het Grimbergs structuurplan een beperkte bebouwing voorziet (naast een parkgebied). Op dit terrein willen wij, zoals voorgesteld in de teksten van het VSGB, een aaneengesloten park van minstens 2,5 hectare, aangevuld met brede groenstroken en een fietsroute tussen de woningen. Ook hier pleiten wij voor eengezinswoningen en verwerpen we het idee van de zogeheten “urban villa’s” alsook de bouw van appartementen tot vijf verdiepingen. Ook verzetten wij ons ten stelligste tegen de mogelijke komst van handelszaken, bedrijven en kantoren. Die horen thuis in het centrum van Strombeek-Bever. Zoals bepaald in het gemeentelijk structuurplan, moet deze omgeving dienen als een groene verpozingsruimte voor de Strombekenaren. Economische activiteiten moeten dus geweerd worden.
Gezien de nabijheid van en de gerichtheid op het nieuwe park, hoeven de privétuinen van deze woningen niet al te groot te zijn. Voor rijwoningen volstaat een oppervlakte van ongeveer 2 are. Voor driegevelwoningen op de hoeken 2,5 tot 3 are. Op deze wijze zou zeer gemakkelijk een honderdtal woningen voorzien kunnen worden, zonder dat dit zou leiden tot een overdreven ruimtebeslag. Via een intelligente en creatieve aanleg kunnen deze woningen zo ingeplant worden dat het geheel een erg open karakter heeft en men vanuit de Singel rechtstreeks zicht heeft op het park, dat uiteraard vooral aan de noordzijde gelegen zal zijn zal zijn en de verbinding zal vormen tussen de Grimbergsesteenweg en de Landhuizenlaan. De gronden zijn in belangrijke mate eigendom van een grote projectontwikkelaar (wat ongetwijfeld mee aan de basis lag van de pogingen om de parkoppervlakte in te perken), zodat de realisatie van dit project grotendeels in private handen zal liggen. Toch moet er ook hier op gelet worden dat de woningen betaalbaar blijven en worden voorbehouden voor Nederlandstaligen of mensen die goed geïntegreerd zijn. Krachtens het grond- en pandendecreet zal het voor 20% om sociale woningen moeten gaan.
Een vierde en een vijfde bouwproject kunnen gerealiseerd worden in de Villegasstraat. Na de realisatie van de nieuwe gemeenteschool in de Brouwerijstraat kan op de hoek van de Villegas- en de Schoolstraat een reeks woningen gebouwd worden op de plaats van de actuele gemeenteschool. Deze oude Strombeekse wijk dreigt te verloederen en is daarom dringend aan renovatie toe. Een nieuwbouwproject met eigentijdse rijwoningen kan deze wijk nieuw leven inblazen en de start vormen van de renovatie van de ruime omgeving. Achteraan in de Villegasstraat is een inbreidingsproject mogelijk. Dat kan via een fiets- en voetweg verbonden worden met de sociale woonwijk Borrekensveld. Voor beide projecten lijkt Vlabinvest de beste partner te zijn.
In een latere fase zijn er nog andere groepsbouwprojecten mogelijk in Strombeek, onder meer hogerop in de Grotewinkellaan en tussen de Landhuizen- en de IJsvogellaan (op de locatie van een oude drukkerij). Het is belangrijk dat deze gronden tijdig verworven kunnen worden.
In tussentijd zouden in Strombeek op tal van plaatsen kleinere projecten kunnen gerealiseerd worden, waarbij hetzij bestaande woningen worden gerenoveerd, hetzij ruimte wordt gemaakt voor nieuwbouw. Op die wijze kan ook gewerkt worden aan de opgelegde minima inzake sociale woningen. Deze moeten zo veel mogelijk verspreid worden over het Grimbergse grondgebied, zodat gettovorming wordt tegengegaan.
We waarschuwen tevens voor een systematische verhoging van de bouwlagen, zoals spijtig genoeg wordt toegelaten door het VSGB, zeker wanneer dit zou neerkomen op de systematische bouw van appartementen.
4. Scholencampus
We verwelkomen het idee om het lager onderwijs te concentreren in het centrum van de gemeente. Het gaat nog niet om een definitieve beslissing, maar er is veel te zeggen voor de verhuis van de gemeenteschool. Sinds vorig jaar werd een leerlingenstop doorgevoerd wegens plaatsgebrek en het ziet er niet naar uit dat het aantal leerlingen de komende tien jaar zal afnemen, wel integendeel. Aangezien er sowieso nood is aan een bouwproject voor een reeks klassen (een dossier dat al jaren ligt te wachten), en dit deels ten koste moet gaan van speelruime voor de kinderen, moet de vraag gesteld worden of er niet beter ineens een nieuwe school wordt gebouwd op een locatie met meer ruimte.
Sommigen pleiten ervoor om in het centrum van Strombeek een grote eenheidsschool te realiseren, maar dat is niet onze keuze. Zulke school zou al te grootschalig en dus moeilijk beheersbaar zijn. Wij zijn vooral ook van mening dat de vrije keuze moet gewaarborgd blijven. Als een vrije school en een gemeenteschool naast mekaar kunnen bestaan in Humbeek, met ruim 4.000 inwoners, dan moet dit ook mogelijk zijn in een grote deelgemeente als Strombeek-Bever, met meer dan 12.000 inwoners. Bovendien is wat onderlinge concurrentie altijd gezond.
Concreet pleiten wij er dus voor dat op de hoek van Brouwerij- en Kloosterstraat een nieuwe gemeenteschool wordt gebouwd, die samen met de vrij school gebruik zou kunnen maken van de groene ruimte tussenin en van een nieuwe sporthal/feestzaal. Deze laatste zou eventueel ingeplant kunnen worden tussen de woonblok van Haviland en de vrije school (een vrije ruimte van 37 meter), maar kan ook elders komen op de Kloosterweide.
Na de bouw van sporthal en school blijft er voldoende groene ruimte over; de oude boerderijgebouwen kunnen worden omgevormd tot een kinderboerderij. Wellicht is de vrije ruimte ook groot genoeg om er op termijn voor de Strombeekse jeugd speelpleinen te organiseren, al hebben we daarvoor een alternatief (zie verder). De locatie in Humbeek wordt immers stilaan te klein voor alle Grimbergse kinderen.
5. Omgeving Cultuurcentrum
Zoals hoger reeds aangegeven, steunen wij de principes uit het plan van architect Van Campenhout voor de omgeving van het Cultuurcentrum, die o.a. inhouden:
– een verkeersarme omgeving en een groot plein aan de voorkant van het CC, dat onmiddellijk aansluit (realisatie van een asverschuiving)
– het doorknippen van de verbinding Soensstraat en Wemmelsestraat
– de realisatie van het nieuwe OCMW-gebouw langsheen de Verbeytstraat
-de bouw van de nieuwe bibliotheek op de parking (gemeentelijke eigendom) op de hoek van de Soensstraat en de Wemmelsestraat
– de realisatie van een ondergrondse parking onder het gemeenteplein, met ingang ter hoogte van de Lakensestraat
– een pleinfunctie voor de parking tussen het gebouw van de muziekacademie en de zijkant van het CC.
Op enkele aspecten willen we dieper ingaan:
5.1 Nood aan een ondergrondse parking
Al meer dan 10 jaar is er vraag naar een ondergrondse parking omwille van het nijpende parkeerprobleem rond het Cultuurcentrum. Vooral het Cultuurcentrum zelf is vragende partij omdat veel mensen ’s avonds lang moeten rondrijden vooraleer zij in de omgeving een parkeerplaats hebben gevonden. Gezien de steeds groter wordende concurrentie met de omliggende cultuurcentra (Vilvoorde en Meise-Wemmel) moet dit parkeerprobleem dringend een oplossing krijgen.
Hoewel er zich in het verleden verschillende partners aanmeldden (o.a. Haviland), heeft het schepencollege dit dossier telkens weer op de lange baan geschoven. Enkele jaren geleden werd het afhankelijk gemaakt van een parkeerstudie, die nog steeds niet gefinaliseerd is. Gesprekken met de aannemer van het nieuwbouwproject ‘IJsfabriek’, die zelf op verschillende plaatsen een ondergrondse parking bouwde, leerden ons dat een zuiver privaat initiatief onvoldoende zekerheden biedt. Naar het voorbeeld van de gemeente Bilzen zou de gemeente een verzekerd aantal parkeerplaatsen kunnen op zich nemen (bijvoorbeeld i.s.m. het cultuurcentrum) of (via het autonoom gemeentebedrijf) kunnen participeren in dit project. Gezien de grote bevolkingsdichtheid van Strombeek en het grote gebrek aan private garages, zal men ongetwijfeld ook een aantal particulieren kunnen verleiden tot het huren van een vaste staanplaats.
Uiteraard moet er daarbij tevens een beperking komen op het bovengronds parkeren, zodat het ondergronds parkeren gestimuleerd wordt. Op de drie mistroostige bovengrondse parkings (Gemeenteplein, muziekacademie en hoek Soensstraat/ Wemmelsestraat) ontstaat dan ruimte voor alternatieve projecten die de buurt sterk kunnen opwaarderen. Het gemeenteplein zelf zou meteen aansluiten aan het gebouw van het Cultuurcentrum en er een verlengstuk van worden, met een aantrekkelijke groene locatie voor horeca-activiteiten en een open plein waarop grote openluchtvoorstellingen kunnen plaatsvinden. Het verkeer vanuit de Victor Soensstraat zou een knik maken naar rechts, langsheen de winkels van het plein.
Uiteraard zullen er nabij deze winkels en aan de muziekacademie enkele parkeerplaatsen moeten voorzien worden voor kortparkeren (bv kort bezoek aan de bakker, uitladen van muziekinstrumenten, …) en ten behoeve van gehandicapten. Uit de parkeerstudie zal moeten blijken of er in de omliggende straten en op het Kerkplein een vorm van betalend parkeren, bewonersparkeren of blauwe zone zal moeten worden ingesteld, waardoor deze ondergrondse parking rendabel kan worden. Om deze parking te realiseren (er kan gedacht worden aan 150 tot 200 staanplaatsen) dienen er dringend verkennende gesprekken te worden opgestart met een studiebureau en met mogelijke partners.
5.2 OCMW blijft nabij het Cultuurcentrum
In het kader van een rendabele parking is het ook belangrijk dat het nieuwe OCMW-gebouw in de omgeving van het Cultuurcentrum kan blijven. Er werken immers enkele tientallen personeelsleden, die zeker van deze parking gebruik zullen maken. Dit gebouw hoort trouwens absoluut thuis in het centrum van deze deelgemeente en niet in de perifere, residentiële Grotewinkellaan. Dit zorgt ook voor een betere interactie tussen de gemeentelijke diensten en een vlotte bereikbaarheid van het OCMW-gebouw voor de gebruikers van het openbaar vervoer. Hoger werd reeds gesteld dat we de Grotewinkellaan willen voorbehouden voor jonge gezinnen. Serviceflats horen eerder thuis in het centrum van de gemeente, liefst in de onmiddellijke nabijheid van winkels.
5.3 Bibliotheek en serviceflats op de hoek van Victor Soensstraat en Wemmelsestraat
Deze wanordelijke en spuuglelijke parking tegenover het CC en het eenzame appartementsgebouw in het midden daarvan zouden naar ons oordeel vervangen moeten worden door een modern en aantrekkelijk bibliotheekgebouw, met serviceflats op de eerste en tweede verdieping. De oppervlakte van dit gebouw kan eventueel zelfs een stuk groter zijn dan de huidige parking, wanneer de verbinding tussen Wemmelsestraat en Soensstraat wordt afgesloten. Dit zou de verkeerssituatie op het Gemeenteplein overzichtelijker maken en bijdragen tot een verkeersluwer plein, waar grote openluchtvoorstellingen kunnen gegeven worden.
Reeds vele jaren geleden heeft de Grimbergse hoofdbibliotheek negatieve rapporten gekregen omdat ze veel te klein is en bovendien uitzonderlijk slecht gelegen: in een uithoek van het CC en met een zeer onaantrekkelijke ingang langs de buitenzijde. Een biblio- en mediatheek heeft ook in de 21ste eeuw een belangrijke rol te spelen, maar dit kan enkel indien het gebouw voldoende aantrekkelijk een laagdrempelig is. Door het te situeren vlakbij het nieuwe commerciële centrum van Strombeek, kan de bibliotheek een veel belangrijkere rol gaan spelen dan vandaag, ook op het vlak van integratie van anderstaligen. Een kelderverdieping kan een aantrekkelijke jeugdlocatie worden voor de lectuur, het uitlenen van strips, het bekijken/beluisteren of verhuren van Dvd’s en Cd’s enzovoort.
Op de eerste en tweede verdieping van dit gebouw is er ruimte voor de creatie van een behoorlijk aantal serviceflats, vlakbij het nieuwe OCMW-gebouw dus.
De vertrekken van de huidige bibliotheek kunnen in de toekomst dienst doen voor de ateliers (beeldende kunsten) van het cultuurcentrum, die momenteel wegens plaatsgebrek moeten georganiseerd worden in de loods aan het Strombeekse containerpark. Deze oplossing is alles behalve ideaal en kan hoogstens als tijdelijk beschouwd worden.
5.4 Realisatie van een besloten cultuurplein tussen academie en CC
Op de schets van het bureau Van Campenhout wordt de parking tussen academie en CC vervangen door een pleintje waar kleine openluchtvoorstellingen (muziek, dans, toneel, ) kunnen gegeven worden. Daar is zeker behoefte aan. Aangezien de muziekacademie en het Cultuurcentrum kampen met acuut plaatsgebrek, stellen wij voor dat een extra gebouw zou worden opgetrokken aan de achterzijde van dit plein van maximaal twee verdiepingen hoog, eventueel gepaard gaande met een beperkte onteigening (5 meter diep) van enkele meters tuin, zodat de gemeentelijke eigendom op deze locatie ten volle kan benut worden.
6. Plaats voor de jeugd: nieuwe jeugdlokalen en een speelpark tussen Acacialaan en Antwerpselaan
De Strombeekse scouts zijn bijzonder slecht behuisd: de kinderen zitten opeengepakt in enkele lelijke blauwe containers in de bedrijvenzone aan de Piereman. De aantrekkingskracht van deze vereniging lijdt daaronder. De Chiro is inmiddels ter ziele gegaan. Zeer terecht hebben de jeugdbewegingen destijds geprotesteerd tegen de komst van het containerpark vlakbij hun lokalen. Een behoorlijk deel van hun speelruimte werd toen afgenomen. Het ruimteconflict blijft bestaan: het Strombeekse containerpark is veel te klein en zou op termijn moeten uitbreiden. Een alternatieve locatie daarvoor is in Strombeek niet voorhanden.
Daarom pleiten wij ervoor om een speelbos en speelweiden te realiseren voor Strombeekse jeugdverenigingen in het groene buffergebied tussen de Acacialaan, de sportvelden van de regering, de Jan Mulsstraat en de Antwerpselaan. Dit gebied bestaat enerzijds uit een langgerekt boslint dat toebehoort aan de Koninklijke Schenking en anderzijds uit open ruimte, die vandaag nog steeds gebruikt wordt voor landbouwdoeleinden. Het gebied is evenwel hermetisch afgesloten, zodat geen enkele Strombekenaar er wat aan heeft.
Het terrein zou moeten omgevormd worden tot een openbaar recreatiegebied met een fiets- en wandelpad, dat in de eerste plaats ten dienste zou moeten staan van de Strombeekse jeugd, in het bijzonder de Scouts en (een gedeelte van) de speelpleinwerking.
Nieuwe jeugdlokalen zouden opgetrokken kunnen worden aan de inham in het begin van de Acacialaan.
Eén en ander impliceert natuurlijk dat de gemeente of het Vlaamse Gewest de terreinen van de Koninklijke Schenking zou kunnen overnemen.
7. Groene toegang aan de Villegasstraat
De verwaarloosde, vuile vlakte aan de ingang van Villegasstraat en Oude Mechelsestraat is ongetwijfeld de meest troosteloze plek van Strombeek na Parking C. Ook deze lap grond behoort tot de Koninklijke Schenking, maar deze doet niets om het terrein te onderhouden. Momenteel doet het terrein vaak dienst als wachtlocatie voor vrachtwagens. Deze belemmeren het zicht voor auto’s die de Antwerpselaan op willen. Er moet dan ook zo snel mogelijk een parkeerverbod voor vrachtwagens worden ingevoerd.
Voor ons is het wel aanvaardbaar dat van dit terrein een parking gemaakt wordt voor personenwagens (bv pendelaars die aan autodelen doen), maar dan moet deze parking wel behoorlijk groen worden ingericht met bomen en struiken, zodat we ook langs deze kant een fraaie inkom voor Strombeek realiseren. Ook dit terrein dient dus door de gemeente of het Vlaams gewest te worden overgenomen.
8. Afwerking omgeving Piereman en Pierebad
We vernemen dat er plannen zouden zijn om de parking aan het zwembad verder door te trekken op het terrein van de Piereman. Dat lijkt ons geen goed idee. Niet omwille van het forse hoogteverschil, maar ook omdat we deze terreinen zo groen mogelijk willen houden en de recreatieruimte zo maximaal mogelijk. Wel zou er een deel parking kunnen gerealiseerd worden aan de voorkant van het zwembad. Momenteel bevindt zich daar een lelijke ruimte, afgebakend met betonplaten, die tot voor kort fungeerde als stapelplaats. Wij pleiten voor de onteigening en van dit terrein en de omvorming tot een parking met groenaanleg. Op die manier zou ook de fietsroute die men in deze omgeving plant, en die de Kloosterweide zou verbinden met zwembad, Potaarde en Singel, verfraaid worden.
Hoger stelden we reeds dat het containerpark moet uitgebreid worden. In vergelijking met het containerpark van Grimbergen-centrum is dit veel te klein en daardoor absoluut niet gebruiksvriendelijk. Vermits er in Strombeek geen alternatieve locatie is, moet er uitbreiding ter plaatse voorzien worden.
9. Treftwijk Strombeek
In het gemeentelijk structuurplan wordt gepleit voor een gezamenlijk Masterplan voor Parking C en de Treftwijk in het kader van het VSGB. Het ziet er evenwel naar uit dat de Vlaamse overheid zich enkel zal bezig houden met Parking C, zodat de Treftwijk best begrepen wordt in het Masterplan voor Strombeek.
Het accent moet gelegd worden op de leefbaarheid van deze woonwijk. De woonfunctie moet sterk worden opgewaardeerd. Verkantoring en publiekslokkende horeca (speelhallen) moeten er worden tegengaan. De gronden van het Franstalig internaat langs de Romeinse Steenweg (gemeenschapsonderwijs) moeten onteigend voor nuttiger doeleinden.
10. Parking C
In dit laatste hoofdstuk hernemen we onze persnota van april 2011, die we opstelden als reactie op de plannen van het Vlaams Stedelijk Gebied rond Brussel voor Potaarde en parking C. Wellicht valt deze problematiek buiten het bestek van het Masterplan dat voor Strombeek wordt opgesteld.
De grond van Parking C is op dit moment grotendeels in handen van de stad Brussel. Toch zou het absoluut niet aanvaardbaar zijn dat de stad de trekker zou zijn van de nieuwe projecten in deze zone. Daarom stellen wij voor dat er gestreefd wordt naar een akkoord met de stad Brussel over de afstand (onteigening) van een groot deel van deze grond. Het akkoord zou er in kunnen bestaan dat Brussel eventueel eigenaar zou blijven van de gronden die noodzakelijk zijn voor de parkeerfaciliteiten voor de bezoekers van de Heizel én eventueel ook mede-eigenaar van de extra te creëren parkeerruimte voor de gebruikers van het openbaar vervoer. Via stapeling boven of onder de grond kan de totale parkeerruimte worden opgetrokken.
Brussel wint door deze operatie extra parkeercapaciteit, waardoor meer autoverkeer wordt weggehouden uit de stad. Net zoals nu zouden de opbrengsten van deze parkeeractiviteit in belangrijke mate naar Brussel kunnen gaan, in combinatie met een Grimbergse heffing. Het Vlaamse gewest wint door deze operatie doordat het ruimte krijgt voor eigen projecten.
Het spreekt voor zich dat de projecten die naast de parkingactiviteiten worden voorzien, nauw moeten aansluiten bij de intenties van de Vlaamse overheid om het Nederlandstalig karakter van Vlaams-Brabant te versterken. Maar daar vinden we jammer genoeg niets van terug in de nota’s van het Vlaamse gewest noch in het gemeentelijk structuurplan. In een motie van 27 oktober 2005 had de gemeenteraad gesteld dat de voornaamste bekommernis rond Parking C de Vlaamse eigenheid en de maximale benefit voor de Grimbergse gemeenschap zijn. Deze voornemens kregen we later nergens meer te lezen.
Ook werd door de gemeenteraad bij herhaling (o.a. op 27 augustus 2008 en op 25 september 2008) gesteld dat een project op parking C nooit de draagkracht van de wijde omgeving mag overstijgen. Bijgevolg zijn de maxima van 50.000 m² aan kantoorruimte en 50.000 m² “Leisure” (recreatie) in de plannen van het VSGB veel te hoog gegrepen. Deze cijfers dateren nog uit de periode toen sommigen er aan dachten het U-place-project in Strombeek in te planten. Projecten van die omvang zouden de draagkracht van de omgeving ver overschrijden, onder meer ook door de bijkomende verkeersdruk die ze teweeg zouden brengen. In ons bezwaarschrift hebben we dan ook gevraagd deze oppervlaktes drastisch te herleiden of zelfs te schrappen (wat “Leisure” of grootschalige recreatie betreft).
Wel zou er ruimte gecreëerd kunnen worden voor kleine bedrijfjes en diensten die in de eerste plaats nuttig zijn voor de gebruikers van deze parkings (zoals garages, beperkte horeca en winkels, kinderdagverblijven, strijkateliers). Een beperkte ruimte kan voorzien worden voor zonevreemde bedrijven uit Strombeek en Grimbergen, die op zoek zijn naar uitbreidingsmogelijkheden. Daarnaast zou het ten zeerste gewenst zijn dat de Vlaamse overheid hier enkele diensten zou groeperen zoals toeristische dienst, infocentrum rond woon- en studieaanbod in Brussel, bepaalde sportdiensten (zoals een atletiekcentrum naar het voorbeeld van het Eurovolleycentrum), enkele administraties (De Lijn, …).
Het is vanzelfsprekend dat de (ondergrondse?) draaischijf van openbaar vervoer moet worden georganiseerd en uitgebaat door De Lijn. Allicht is het ook mogelijk dat de stelplaats van De Lijn in Grimbergen naar deze locatie wordt overgeheveld. Op die manier worden er mogelijkheden gecreëerd om de woon- en handelskern van Grimbergen-centrum te versterken.